Na een paar weken met bijna alleen maar hoera-trainingen, was het vandaag dan weer eens tijd voor een potje ouderwets zwoegen. Het wordt een rondje vanuit huis, en het begint er al mee dat ik lichtelijk depressief word bij de gedachte aan het eerste stuk, door de stad richting de duinen. Niet depressief genoeg echter om de fiets te pakken, om dat eerste stuk dan maar over te slaan: dat kost me dan weer te veel tijd.
Ik voel het meteen: zware benen. Nou ja, dat heb je soms, en meestal gaat dat na een poosje wel over. Ik loop een beetje naar binnen gekeerd door de stad; het mag dan niet mijn favoriete loopomgeving zijn, het gaat nu even om de kilometers, en als ik me er maar niet druk om maak, nou, eh, dan maak ik me er dus niet druk om. Na 5 kilometer loop ik Middenduin in en is het leven goed. Ik loop een paar keer de heuvel op en neer, en maak dan een iets langer rondje dan ik van plan was. Nu moet ik kiezen: via de Kennemerduinen en het strand naar de Waterleidingduinen, of rechtstreeks via het Visserspad? Ik was eigenlijk van plan om nu weer eens een stuk strand mee te pikken, maar ik ben een beetje bang dat dat de route te lang zal maken. Ik moet – of mag, dat hangt ervan af wanneer je het me zou hebben gevraagd – 35 kilometer lopen, en langer hoeft van mij ook echt niet deze keer. Ik zet dus koers naar Kraantje Lek, en ga het Visserspad op om later linksaf te slaan naar het natuurviaduct over de Zandvoortselaan.
De opleving die ik had in Middenduin, is kennelijk alweer verleden tijd. Als ik de Waterleidingduinen in gelopen ben, loop ik even door tot in de schaduw, en stop er dan mee. Het is warm, maar ik weet niet of het daaraan ligt dat ik het zo zwaar heb. In elk geval moet ik even iets eten, en ik ga erbij zitten. Ik heb er 17 kilometer opzitten, en ik begin met mezelf te onderhandelen. Zou het per se nodig zijn om 35 kilometer te lopen? Vorige week liep ik 50, volgende week loop ik weer 50, dan zal het toch niet uitmaken of ik er vandaag nou 30 of 35 loop? Bovendien werk ik zo braaf (vrijwel) al mijn trainingen af, dat het volgens mij helemaal geen kwaad kan om een keer de teugels wat te laten vieren. Aan de andere kant: de training van gisteren was 5 kilometer langer dan de laatste tijd steeds op zaterdag, en als ik die 5 kilometer er nu weer van afhaal, wat voor zin had het dan om die 5 gisteren extra te lopen? En bovendien: nu heb ik het zwaar tijdens een training, maar dat soort momenten zal ik ongetwijfeld straks ook hebben, als ik meer dan een etmaal onderweg ben.
Ik sluit een compromis: korter dan 35 kilometer mag, maar het moet dichter bij 35 zitten dan bij 30. 33 is dus toegestaan, 32 niet. Met moeite zet ik me weer in beweging. Gelukkig word ik ook weer niet volkomen in beslag genomen door mijn zware benen en moeizame ademhaling, en ontgaat me niet dat het mooi is om me heen. De herten die voor me wegschieten, het groene groen, het gekwetter van de vogels, en in de schaduw voel ik zelfs nog een aangename koelte. Ik ben blij dat ik mezelf het strand niet heb aangedaan vandaag. Ik volg maar wat paadjes, met als enige doel voldoende kilometers op de teller te hebben voor ik het duingebied bij de Oase weer verlaat. Alle bankjes die ik onderweg tegenkom, lonken naar me. Dat doen ze anders nooit! In Ley- of Vinkenduin is het het met boterbloemen bezaaide gras dat me ertoe probeert te verleiden me even neer te vlijen. Als ik niet het vooruitzicht zou hebben gehad dat ik daarna alsnog naar huis had moeten lopen, zou ik er misschien aan hebben toegegeven. Nu ploeter ik maar voort.
Zo kan het dus ook gaan. Wist ik natuurlijk allang, maar ik bedenk tijdens het lopen dat je je ook zo kunt voelen tijdens een wedstrijd, en dan heb je mooi pech. Ik vertelde net vrijdagavond aan een paar vriendinnen hoe mooi ik het vind om te ervaren dat je na een lange duurloop thuiskomt en het gevoel hebt dat je maar 5 minuten weg bent geweest. Zo is het vandaag niet. Ik ben niet alleen vrij lang onderweg geweest, maar ervaar het ook zo. En dan loop ik eigenlijk nog te kort ook.
Gelukkig wacht mij thuis een stuk appeltaart.